minimum en maximum

Opgave - CanMO 2006 vraag 4

We beschouwen een toernooi met $2n+1$ teams waarin ieder team precies één keer tegen ieder ander team speelt. We zeggen dat drie teams $X,Y$ en $Z$ een cyclisch drietal vormen als $X$ $Y$ heeft verslaan, $Y$ $Z$ heeft verslaan, en $Z$ $X$ heeft verslaan. Er is altijd een winnaar in een match, dus niemand speelde gelijk.
(a) Bepaal het minimum aantal cyclische drietallen dat mogelijk is.
(b) Bepaal het maximum aantal cyclische drietallen dat mogelijk is.