haaks staan tov ma

Opgave - JEMC 2017 dag 1 vraag 3

Zij $ABC$ een scherphoekige driehoek. Zij $H$ en $M$ het hoogtepunt van $ABC$ en het midden van de zijde $[BC]$, respectivelijk. Zij $Y$ een punt op $AC$ zodat $YH$ loodrecht staat op $MH$ en zij $Q$ een punt op $BH$ zodat $QA$ loodrecht is op $AM$. Zij $J$ het tweede snijpunt van $MQ$ en de cirkel met diameter $MY$. Bewijs dat $HJ$ loodrecht staat op $MA.$