combinatoriek 1

Opgave - IMOSL 2001 vraag 21

Zij $A=(a_1,a_2,\ldots,a_{2001})$ een rij van natuurlijke getallen. Zij $m$ het aantal deelrijen van drie elementen $(a_i,a_j,a_k)$ met $1\leq i < j < k\leq2001$, zodat $a_j=a_i+1$ en $a_k=a_j+1$. Als je alle dergelijke $A$ beschouwt, wat is dan de grootste waarde van $m$.